De Hoge Raad heeft een uitspraak van Hof Den Haag over de aftrek van reis– en verblijfkosten in verband met een cursus en een studie vernietigd. Het hof was van oordeel dat de kosten een zakelijk karakter hadden en daarom in aftrek op het resultaat uit werkzaamheid konden worden gebracht. Volgens het hof is met de invoering van de Wet IB 2001 de systematiek van de aftrekbaarheid van studiekosten gewijzigd en is sindsdien niet meer van belang of de uitgaven voor scholing in de persoonlijke sfeer liggen. Deze opvatting is niet juist. Met de invoering van de Wet IB 2001 is de behandeling van kosten van cursussen en opleidingen voor studie en beroep binnen het begrip ondernemingskosten niet gewijzigd. De kosten van cursussen en opleidingen zijn alleen aftrekbaar van de winst uit onderneming of van het resultaat uit een werkzaamheid als het gaat om het op peil houden van eerder verworven vakkennis. De kosten voor het verwerven van nieuwe vakkennis om de vakbekwaamheid uit te breiden komen niet voor aftrek in aanmerking.