De Eerste Kamer heeft op dinsdag 16 december 2014 ingestemd met het wetsvoorstel Modernisering regelingen voor verlof en arbeidstijden. Een groot deel van de nieuwe verlofregels gaan in per 1 januari 2015. De wet is bedoeld om de verschillende mogelijkheden voor verlof beter aan te laten sluiten op de wensen van de werknemers. Het gaat hierbij onder andere om de volgende maatregelen:
Ouderschapsverlof
- Partners krijgen recht op drie dagen ouderschapsverlof rond de geboorte van het kind, naast de twee dagen kraamverlof waar nu al recht op is.
- De eis dat een werknemer een jaar in dienst moet zijn om aanspraak op ouderschapsverlof te maken komt te vervallen.
- Werknemers krijgen meer mogelijkheden om het verlof naar wens in te delen.
Bevallingsverlof
- Werkneemsters kunnen het verlof flexibel opnemen na de eerste zes weken na de geboorte. Er kan een langere periode deeltijdverlof worden opgenomen. De totale verlofduur blijft gelijk.
- Het verlof wordt verlengd wanneer een kind na de geboorte langdurig in het ziekenhuis moet blijven.
- Bij zwangerschap van een meerling is er recht op 4 weken extra verlof.
Kort- en lang zorgverlof
- De kring van personen waarvoor het verlof kan worden opgenomen wordt uitgebreid met broers, zussen, grootouders, kleinkinderen, huisgenoten of iemand anders in de sociale omgeving.
- Langdurig verlof mag ook worden opgenomen voor zorg bij ziekte of hulpbehoevendheid (noodzakelijke zorg). Nu is dat alleen bij een levensbedreigende ziekte.
- Werknemers krijgen meer mogelijkheden om het verlof naar wens in te delen.
